Neleman bestaat 10 jaar. Mede-eigenaar en wijnboer worden? Doe mee!
Naar de startpagina Naar de startpagina
NL image/svg+xml

Column Nico Dijkshoorn

Het is heel kinderachtig, maar Tanja en ik hadden ons vooral verheugd op de sinaasappels. Ja, ja, we wisten het, ze konden in Valencia ook huilen om een paella en als Jamie Olivier een verkeerd ingrediënt opvoerde in zijn recept dan wilden ze hem met vier paarden uit elkaar trekken op het stadsplein, maar het ging ons om de sinaasappels.

Ze groeiden er aan bomen! Als het waaide dan zag je ze zachtjes wiegen in de wind. Wij geloofden dat ze met elkaar konden communiceren, sinaasappels. Met hele hoge gilletjes. Zoals ze in Nederland in oranje en groene netten werden verkocht, dat was een schande. Heel dicht tegen elkaar aan. Het was de definitieve ontmenselijking van de sinaasappel.

Dat zou in Valencia allemaal heel anders zijn. Het was nogal een moment, ons eerste marktkraam, midden in de stad. Wij zouden onze eerste echte sinaasappel zien, in zijn eigen habitat.

Dat viel tegen. Waar wij ook zochten, overal lag een gemuteerde variant. Rare scheve vruchten, met deuken en andere onvolkomenheden. Ze waren helemaal niet rond. Er zaten ook geen blaadjes aan. We keken naar de marktlieden. Die liepen zo te zien ook niet over van enthousiasme. Gek werden ze van die sinaasappels, ongeveer zoals wij geen klomp meer kunnen zien.

We werden er een beetje verdrietig van. We hebben die twee weken in Valencia lang gezocht, maar waar we ook kwamen, we vonden steeds de verwrongen oranje weeskindjes die we overal al hadden zien liggen. Een droom lag in stukken.

Zeven jaar later. Tanja en ik tellen af en nemen precies tegelijk een slok uit een glas Vrolijkheid Cerveza Naranja. Bier met een klein beetje sinaasappels. Uit Valencia. We slikken, doen de ogen dicht en dan begrijpen we het pas. Valencia stroomt door ons lichaam We hebben twee weken lang vruchteloos gezocht maar na één slok van dit bier hebben het gevonden. Dit was het Valencia waar wij steeds naar zochten. Het staat naast ons. In een flesje.

Tekst: Nico Dijkshoorn